• Vader:
  Teunis ( Thonisz) Crijnen ( Quijrijnen) , zn. van Crijn Jansz en N Sijmons ,
  geb. in 1601 te Blaricum Koptienden, Eerste: 1626-76,
  ovl. te Blaricum Koptienden, Laatste: 1700-64,
  , -
  TOENIS / TUENIS CRIJNEN
  Koptienden Blaricum (1626-76 1700-64):
  1626-76: v. Gerbert Jansz 5 cop 1/2
  1627-76: v. Adriaen Cornelisz 1 Spt 2 cop
  - v. Jan Jansz Schoudt 6 cop
  - Situatie: 2 Spt 5 cop 1/2
  1630-75: v. VADER Crijn Jansz 1 Spt 4 cop
  - v. Coppen Jacob Dircksz 1 Spt
  - Situatie: 5 Spt 1 cop 1/2
  1639-75: v. Gijsbert Rutgersz 4 cop
  - Situatie: 5 Spt 5 cop 1/2
  1640-75: v. VADER Crijn Jansz 1 cop 1/2
  - Situatie: 5 Spt 7 kop
  1647-74: v. Jan Gerritsz 5 kop
  t/m 1658-74: Situatie: 6 Spt 4 kop
  1658-72: v. Marten Willems ipv Hendrik Roelen 6 kop 3/4
  1660-71 t/m 1671-67: Situatie: 7 Spt 2 cop 3/4
  1674-67: ER STAAT: 7 Spt 3 cop 3/4
  - v. Evert Heijndrick Rutgersz 1 cop 3/4
  - Situatie: 7 Spt 5 cop 1/2
  1677-66: op Willem Cornelisz Lambertsz 1 Spt 6 cop
  - op Sijmon Toenisz 1 Spt 6 cop 1/2
  -op weeskinders v.Willem Cornelisz Ruijter 1 Spt 6 cop
  - v. Eijmenes
  - op Meuwis Toenisz 2 Spt 0 cop 1/2
  t/m 1698-64: Situatie: 0 Spt 2 cop 1/2
  1700-64: op Cornelis Jaep Peter Ceesen 2 cop 1/2
  -
  SAGV155.2-ORA-3232, Beeldnr. 185-186, Akte 86-87; 29-04-1654: Folio 86-87: . Wij Goossen Lambertsz als vader, Isaack Mathijssen als Broeder van Ghijsbert Goossensz als Bruijdegum ter eenre en Jan Quijrijnen (Jan Crijnen) als vader, Anthonij
  Quijrijnen (Tonis Krijnen) als Oom van Brantghen Jans als Bruijt ter andere besloten tot een vast en wettelijkc huwelijck; van beide kanten wordt land ingebracht
  -
  SAGV155.2-ORA-3232, Beeldnr. 186-187, Folio 88-89; 02-05-1654: .Huwelijksakte ..Wij Jan Jansz Vosch als Broeder, Jan Meijnsz als Swagher, Herman Jacobsz als Oom ende Willem Willemsz Vosch als Oom van Willem Jansz Vos als Bruijdegom ter
  eenre, Thiman Steffens als Vader, Leo Steffensz als Oom, Lubbert Jansz als swagher, Evert Hendricksz, Willem Hendricksz en Anthonij Quijrijnen (Thonis Krijnen) als Oomen van Marritghen Thimans dochter Bruijt ter andere sijde; wederzijds wordt
  land ingebracht
  -
  SAGV155.2-ORA-3233, Folio 65; 10-12-1658: Schepenen van Blaricum deden op last van de Heren Staten het volgende hebben nagevraagd ten huijse van resp.:
  - Willem Jansz Vos, is hem afgevraeght of hij sigh verclaerde voor tapper of voor bierbeschoijer, die ons antwoorde voor beschoijer
  - Jacob Pietersz Comin: antwoort te mogen tappen ende schoijen nae sijn welgevallen
  - Lubbert Tijmisz antwoorde, dat hij sijn volck daar op moste spreecken
  - de huijsvrouw van Thonis Crijnen sijde niet tekunnen antwoorden voordat haar man te huijs was
  -
  SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 184; 04-03-1665: Transportakte; Voor Schepenen in Blaricum compareerde Anthonius Quirijnen (Crijnen) onse buijrman die transporteerde aen de E: heer Anthonis de Goijer Ontfanger en Domheer tot Utrecht 5 / voet
  maetlant
  -
  SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 242; 06-10-1670: Transportakte; Voor Schepenen in Blaricum compareerde Anthonis Crijnen, Harmen Harmensz, Jan Pieter Willemsz en Pieter Theunisz, alle Erfgenamen van Jan Bartholomeusz Cop, voor haer selve,
  mitsgaders de rato caverende voor de mede-erfgenamen, transporteren aen Roel Fransz mede presenterende ende de opdraght accepterende het huijs gebruijckt bij de voorn. Jan Bartholomeusz gelegen in Blaricum
  -
  SAGV155.2-ORA-3236, Folio 146 ; 08-06-1676: De Hr. Johan en Martinus Schuijt als vooghden van de nagelaten weeskinderen van Jan Hagen en Aegje Schuijt dochter en erfgenamen van Jan Jansz Schuijt den Oude ten wiens behoeven bij Hendrick Jansz
  Cop op den 24-12-1650 transport is gedaen van seeckere obligatie ten laste van Tijmen Steffensz als principael en Anthonis Crijnen en Gerrit Jansz als borge en mede principalen in dato den 15-12-1650 eijser CONTRA Willem Cornelisz als getrouwt
  hebbende de doghter en erfgenaem van Theunis Crijnen, die neffens Gerrit Jansz borge gebleven is voor Tijmen Steffensz en als aengenomen hebbende 't exploit voor de verdere erfgenamen gedaegde.

tr. op 28-04-1691 te Naarden
met

Roel Willemsz Ruijter, zn. van Willem Cornelisz Lambertsz Ruijter en Neeltje Teunis ,
geb. in 1668 te Blaricum; Koptienden Eerste: 1690-84,
Rooms Katholiek,
ovl. te Blaricum; Koptienden Laatste: 1721-51,
, -
ROEL WILLEMSZ RUIJTER
Blaricum Koptienden (1690-84 1721-51):
1690-84: v. Heijndrick Isacksz 2 cop 5/8
1691-84: v. weeskinders
- v. Willem Cornelisz Ruijter 1 Spt 4 cop
- Situatie: 1 Spt 6 cop 5/8
1692-84: v. Gerrit Duerkant Schout Blarcom 6 cop
- Situatie: 2 Spt 4 cop 5/8
1699-77: Sluij
1699-77 t/m 1702-77: Toenis Lambertsz bruijckt het lant
1700-77: v. Jan Roelen 1 Spt
- die het heeft overgenomen van Jacob Brechtersz
t/m 1719-51: Situatie: 3 Spt 4 cop 5/8
1720-51: op Dirck Jansz Ploos 1 Spt 2 cop
op Teunis Meeuwus Krijnen 5 cop
- op Gijsbert Brechterszen 7 cop
- Situatie: 0 Spt 5 cop 3/4
1721-51: op Claes Jochemsen 1 cop 3/4
- op Teunis Meeuwisz 1 cop
- op Dirck Ploos 2 cop
- op Gijsbert Brechtersz 1 cop
-
Naarden-Trouwen-RK: 28-04-1691: tot Naerden ghetrout Roel Willems Ruijter Jongman van Emenes, met Marritie Teunis Jonghe dochter van Laege Bussum, ghetuijgen waeren Matthijs Ghier en Geertruij Waterpas
-
SAGV155.2-ORA-3239-blz. 41; 12-10-1711: Tot voogden over het nagelaten weeskint van Roel Willemsz Ruijter verweckt bij Marritje Theunis werden gestelt Roel Theunisz Ouwe tot Bussum en Willem Jansz Ruijter tot Emenes.

Uit dit huwelijk:

	naam	geb.	plaats	ovl.	plaats	oud	relatie	kinderen
1	Willem	*1692	Blaricum				0	0
2	Willem	*1694	Blaricum	†1727	Blaricum	33	0	0